Ringmus

De ringmus is een mussensoort die eigenlijk overal voorkwam, maar de afgelopen tientallen jaren nam hun aantal sterk af. Ringmussen zitten graag op boerenerven want daar vinden ze vaak dichte heggen, bosjes en nissen in schuurtjes om in te broeden. U helpt ze door nestkasten op te hangen en door te zorgen voor extra voedsel, vooral van april tot juli als ze hun jongen grootbrengen.

Zo doet u iets voor de ringmus

Makkelijke maatregelen

1

Nestkasten voor vogels ophangen

Maak een nestkast voor vogels. Op internet vindt u verschillende bouwtekeningen, bijvoorbeeld van de Vogelbescherming). Of schaf een nestkast aan (klik hier voor meer info).


Onderhoud:
maak de nestkast ‘s winters schoon

  • Grauwe vliegenvanger: Hang de kast in een boom of aan de buitenmuur van de schuur of het huis. Bevestig de kast op minstens twee meter hoogte. De windrichting is bij voorkeur noord of oost.
    Kosten: zelf maken of aanschaf: 8 – 15 euro
  • Huiszwaluw: Plaats een kunstnest of een steun onder de dakrand. Zo heeft u invloed op waar de zwaluw zijn nest bouwt. Zoek een plek uit waar u geen last heeft van de zwaluwpoep.
    Kosten: zelf maken of aanschaf: 10 – 15 euro
  • Ringmus: Hang de nestkast buiten in een boom of aan een muur, op minstens 2 meter hoogte. Kies voor een muur die naar het oosten of noorden is gericht.
    Kosten: zelf maken of aanschaf: 9 -20 euro
  • Steenuil: Hang de nestkast op een rustige plek, aan een alleenstaande boom of aan de gevel van een schuur met ochtendzon.
    Kosten: zelf maken of aanschaf: 145 euro
  • Kerkuil: Hang een nestkast op in een schuur. Kies een plek hoog in de nok en zorg dat deze plek altijd toegankelijk is. Laat bijvoorbeeld de schuurdeur of een raampje open staan, of maak een opening in de gevel.
    Kosten: zelf maken of aanschaf: 100 euro
2

Een hoekje of strook grasland laten verruigen

Moeilijk bewerkbare, ongebruikte stukjes van uw grasland kunt u laten verruigen door er niet meer te maaien. Een klein hoekje doet al heel veel. Kies bij voorkeur een plek langs een houtwal, bosje of sloot. De kleine vuurvlinder vindt voedsel bij de bloeiende planten en zet zijn eieren af op zuringsoorten.

Kosten: gering

Onderhoud: eens in de 3 jaar maaien. Maai het liefst in de zomer. Als u in of net voor de winter niet meer maait, kunnen de rupsen en poppen van de kleine vuurvlinder (en andere vlinders van het grasland) overleven.

3

De grond op het kuilvoer inzaaien met een bloemenmengsel

Zaai de grond op en langs de kuilvoerhoop in met een bloemenmengsel. Als u soorten kiest die houden van opengewerkte grond (o.a. korenbloemen en klaprozen) geniet u nog jaren van veel bloemen.
Zaai vooral in de periode september-november (met uitloop tot begin maart). Zaai nog een keer in het jaar erop, weer in dezelfde periode. Zo zorgt u ervoor dat er voldoende zaad in de grond terechtkomt en de bloemen zich op een natuurlijke manier kunnen vermeerderen.

Kosten aanleg: zakje zaad voor inzaaien van 25 m2 grond: 6-12 euro. Gebruik inheemse mengsels met éénjarige akkerbloemen of ruderale mengsels (klik hier of hier).

Onderhoud: geen. Na de eerste twee keer uitzaaien, vermeerderen de soorten zichzelf. Zaai opnieuw in als de bloemrijkdom afneemt. Werk grond met eenjarige akkerbloemen en ruderale mengsels regelmatig om, bijvoorbeeld met een hark: een dichte grasmat is ongunstig voor bloemen.

4

Dicht struweel aanplanten (ook als heg)

Plant dichte heesters zoals sleedoorn en meidoorn aan de rand van een perceel of op een weinig gebruikt deel van het erf. Dicht struweel is een goede schuil- en broedplek voor vogels, zoals patrijzen. Zet de heesters groepsgewijs neer of als heg. Vijf vierkante meter (= 5 planten) of een heg van 10 meter is al voldoende.

Kosten aanleg: 5- 10 euro (1 stek per vierkante/ strekkende meter, circa 1 euro per stek).

Onderhoud: eventueel om de 5 jaar een deel terugsnoeien.

Goed voor:

Patrijs, Egel, Putter, Ringmus

Meer doen

5

Bloemenmengsel op de kuilvoerhoop inzaaien

Zaai de grond op en langs de kuilvoerhoop in met een bloemenmengsel. Bloemen zijn belangrijk voedsel voor bijen! Als u soorten kiest die houden van opengewerkte grond (o.a. korenbloemen en klaprozen) geniet u nog jaren van veel bloemen.
Zaai vooral in de periode september-november (met uitloop tot begin maart). Zaai nog een keer in het jaar erop, weer in dezelfde periode. Zo zorgt u ervoor dat er voldoende zaad in de grond terechtkomt en de bloemen zich op een natuurlijke manier kunnen vermeerderen.

Kosten aanleg: zakje zaad voor inzaaien van 25 m2 grond: € 6-12. Gebruik inheemse mengsels met éénjarige akkerbloemen of ruderale mengsels (klik hier of hier).

Onderhoud: geen. Na de eerste twee keer uitzaaien, vermeerderen de soorten zichzelf. Zaai opnieuw in als de bloemrijkdom afneemt. Werk grond met eenjarige akkerbloemen en ruderale mengsels regelmatig om, bijvoorbeeld met een hark. Een dichte grasmat is ongunstig voor bloemen.

Deze soorten helpt u zo ook

  • Vogelsoorten zoals de putter, kneu, huismus, steenuil en grauwe vliegenvanger.
  • Zoogdieren zoals de egel, wezel en hermelijn.
  • Wilde bijen.

Goed om te weten over de ringmus

Zo herkent u ze:

  • Lijkt veel op de huismus, maar heeft een herkenbare donkere vlek op zijn wang.
  • Roodbruine kop en lichte wangen.
  • Geluid klinkt als getsjilp.

Zo leven ze:

  • Ringmussen leven op plekken met veel struikgewas, en bij weilanden met vee en oude bomen met holten.
  • Ze eten graan, zaden en insecten.
  • Ze blijven vaak rondzwerven rond de plek waar ze hebben gebroed; een klein deel trekt weg.

Broeden & opvoeden:

  • Ringmussen broeden in nestkasten, nissen in schuurtjes, dichte heggen, holten van oude bomen, en zelfs in nesten van ooievaars.
  • Ze broeden van eind april tot in juli. Meestal alleen, soms in kolonies.

Waar komen ze voor & hoe gaat het?

De soort komt in heel Nederland voor, vooral in het noorden en oosten, zo laat de verspreidingskaart zien. Het aantal ringmussen daalde sterk sinds de jaren zeventig. Door intensievere landbouw, minder graanteelt, het opruimen van heggen en houtwallen en chemische bestrijdingsmiddelen vinden ze veel minder voedsel en nestplekken. De ringmus staat op de Rode Lijst (lijst van soorten die bedreigd worden of kwetsbaar zijn).

Meer informatie en hulp

Op de website van de vogelbescherming vindt u meer informatie over de ringmus.

Voor grotere maatregelen is regelmatig subsidie beschikbaar. Informeer daarnaar bij het agrarisch collectief in uw regio (klik hier voor meer informatie).

Heeft u vragen over soorten en maatregelen? Een lokale natuur- of landschapsvereniging helpt u vaak graag verder.